Panta Rhei

Johan van Loon – 80 Jahre alt

Einzelausstellung des Top-Keramikers Johan van Loon in Tiendschuur Tegelen.

18 januari t/m 11 mei 2014

Keramiekcentrum Tiendschuur Tegelen presenteert vanaf 17 januari een solotentoonstelling ter ere van Johan van Loon. Deze eenmansexpositie wordt georganiseerd ter gelegenheid van de 80e verjaardag die hij in 2014 hoopt te vieren. Een mooie gelegenheid om terug te blikken op zijn bijna 60-jarige carrière. In zijn loopbaan geniet één materiaal zijn voorkeur: porselein.

Zijn onbevangen, experimentele, bijna spelende manier van werken bracht hem tot grote hoogten, met solo-exposities in binnen en buitenland. Zijn werk bevindt zich in de collecties van meer dan 20 grote musea wereldwijd. Hij bekleedde gastdocentschappen en maakte ontwerpen voor grote porseleinmerken zoals Rosenthal. De expositie is te zien tot en met 11 mei 2014.

Johan van Loon (1934) begint zijn carrière in Amsterdam. Aan het Instituut voor kunstnijverheidsonderwijs, de huidige Rietveld Academie, studeert hij van 1952 tot 1956 textiele vormgeving. Dat zijn vader bij de KLM werkt komt erg goed uit, zo kan Johan onbeperkt gratis reizen en dat doet hij volop, voor studiereizen en later lessen in keramiek. Zijn interesse voor keramiek wordt gewekt in 1958. Hij volgt lessen bij onder meer Lucie Rie in Londen, Stig Lindberg in Stockholm en Kylikki Salmenhaara, ontwerper voor de Arabia in Helsinki.

Vanaf 1966 geeft hij les aan kunstacademie de AKI in Enschede, daar zet hij de keramiekafdeling op. Vanaf 1977 geeft hij ook les op de St. Joost in Breda. In 1976 krijgt hij een uitnodiging om unica te komen ontwerpen voor Kongelig Porslin Kopenhagen. Hier raakt hij in de ban van het witter dan witte materiaal porselein. Hij experimenteert er op los, misschien was zijn werk iets te gewaagd voor hen. Uiteindelijk werd geen ontwerp van hem in productie genomen. Hier ontwikkelde hij een methode om gietwerk een interessante huid te geven door een of meerdere stukjes textiel in de gietmallen leggen.

In 1979 is Johan internationaal een gevestigd kunstenaar. Hij krijgt dan een solo-tentoonstelling in het museum Boymans van Beuningen in Rotterdam. Zijn ster blijft stijgen. In 1980 wordt hij uitgenodigd door de beroemde Rosenthal Porselein fabriek in Selb (Duitsland). Hier wordt hij free-lance ontwerper. Hij mag zich scharen in het illustere gezelschap van mede-ontwerpers zoals Lucio Fontana en Walter Gropius. Ontwerpen die hij maakt én die in productie worden opgenomen zijn onder meer de ‘olifantenvaas’, het ‘Blue-hour’ servies en de Siegnum porseleinen sieraden collectie. Hier doet hij veel ervaring op met gieten en het werken met goudlusters.

Naast deze ontwerpwerkzaamheden blijft hij autonoom en vrij werk maken in zijn eigen atelier, met aandacht voor experiment en materiaalonderzoek. Gedreven door een niet aflatende drang te spelen en te ontdekken. Zo komt het dat hij op 60 jarige leeftijd enthousiast de wondere wereld van het glas binnenstapt in glasblazerij “de Oude Horn” in Acquoy. Enkele van zijn ontwerpen worden uitgevoerd door de glasfabriek in Leerdam.

In 1997 gaat hij op grote schaal experimenteren in het Europees Keramisch Werk Centrum in Den Bosch. Nog steeds is zijn onderzoeksdrang niet afgenomen. Naast keramiek blijft hij altijd met textiel werken. Hij krijgt in 2002 een uitnodiging van het textielmuseum in Tilburg om gordijnstoffen te ontwerpen op de computergestuurde Dornier weefmachine. Voor de beroemde stoffenfirma de Ploegh in Berg Eyck maakt hij diverse ontwerpen.

Nu na een carrière van bijna 60 jaar is moeilijk te zeggen waar zijn voorkeur ligt: textiel of keramiek. Hij lijkt zich niets aan te trekken van waar hij mee werkt of de eigenschappen van de materialen. Hij verkent de grenzen en gaat er ver overheen. Hij knoopt en weeft en drapeert porselein, hij vormt, beschildert en decoreert textiel alsof het keramiek is. Stoppen wil hij nog lang niet: spelen, experimenteren en ontdekken is zijn drive tot op de dag van vandaag!