“Wild Things”– Tierische skulpturale Keramik
Van 12 mei 2017 t/m 10 september 2017
Bij Keramiekcentrum Tiendschuur Tegelen gaat het er deze zomer wild aan toe. Vanaf 12 mei is hier een tentoonstelling te zien met de titel “Wild Things”. Deze toont sculpturaal werk gemaakt door hedendaagse kunstenaars uit Nederland en de rest van Europa. Al het getoonde werk is geïnspireerd op wilde, beestachtige zaken. Van dieren, tot insecten, tot monsters en andere kruipende wezens.
De deelnemende kunstenaars zijn:
Catherine Chaillou (FA); Aare Freimann (Estland); Peter Hiemstra (NL); Anna Dorothea Klug (DE); Gareth Nash (UK). Marieke Ringel (DE); Beate Reinheimer(NL/DE); Emma Rodgers (UK), Ülle Sink (Estland) en Ross de Wayne Campbell (DE/USA).
Anna Dorothea Klug (1984, Neurenberg, Duitsland) is jong en aanstormend talent. Ze maakt figuren die gaan over fantasie, over sprookjes en dromen. Haar wezens bieden troost, geborgenheid, gezelschap. Maar er zijn er ook die verwijzen naar bijvoorbeeld angst, naar het monster dat zich onder je bed heeft verstopt. In haar mythologische figuren heeft zij op herkenbare wijze menselijke emoties verbeeld. Ze studeerde na haar kunstacademie in 2014 af in de richting keramiek, al tijdens deze vervolgstudie viel haar werk in de prijzen. Ze woont en werkt in Halle, Duitsland.
Aare Freiman (1960, Estland) is voormalig partner van Ülle Sink (1957, Estland). Dat die twee een connectie hebben is behalve aan hun afkomst duidelijk te zien in hun werk. Vreemde wezens die aan een rijke fantasie zijn ontsproten. Op welke bestaande diersoort ze zijn geïnspireerd is nog vaag te zien. Het lijkt er nog het meest op dat een aantal dieren samen in de mixer zijn gestopt en er vervolgens een wonderlijke ratjetoe uit is gekomen. Voor Ülle is het werken alsof ze nog dagelijks kind mag zijn en zich helemaal mag verliezen in klei. Ze heeft geen plannen of schetsen, ze gaat gewoon met de klei aan de slag en spontaan en intuïtief worden haar wonderlijke wezentjes geboren.
Peter Hiemstra (1954, Wolvega, Nederland) studeerde aan de Minerva kunstacademie in Groningen. Hij is inmiddels al meer dan 36 jaar actief als beeldend kunstenaar. Zijn werk kenmerkt zich net zoals bij bovengenoemde kunstenaars door een flinke dosis creativiteit en fantasie. Hij werkt uitgesproken figuratief, maar geheel realistisch is het niet. Hij laat dierfiguren menselijke handelingen verrichten, waardoor zijn werk een vervreemdend effect krijgt. Vaak is het een commentaar op het menselijk handelen. Hij maakt drie dimensionale spotprenten over de menselijke waanzin, heel treffend uitgevoerd in klei, soms confronterend, soms lachwekkend.
Marieke Ringel (1984, Duitsland) studeerde in Landshut aan de kunstacademie. Specialiseerde zich tijdens een stage bij de bekende Engelse keramist Nic Collins. In 2015 behaalde zij aan de kunstacademie in Halle haar specialisatie Keramiek. Sinds haar afstuderen gaat het hard met haar carrière, haar werk was al in 12 groeps- en 2 solo- exposities te zien, onder meer in München en Londen. Ook haar werk gaat over de wisselwerking tussen mens en dier. Ze studeerde af met een serie werken getiteld: “Ik en het dier”, hier verbeeldt ze, of beter gezegd, vangt ze dieren in keramische dozen. Haar dierfiguren zijn een metafoor voor menselijke gevoelens en ervaringen, zoals troost, bescherming, wijsheid, het lijden, vrijheid en het ontembare.
Emma Rodgers (1974, Verenigd Koninkrijk), is een meester in het vastleggen van beweging. Ze wordt gerekend tot een van de belangrijkste beeldhouwers in Engeland, van dit moment. Ze weet de dieren te vangen in een houding die actie en leven laat zien. Op een vlotte, spontane en schetsmatige wijze construeert ze haar figuren. Vaak lijken haar beelden te zijn samengesteld uit flarden, losse rafels die nog lijken te wapperen van de beweging. Het is onvoorstelbaar dat deze ogenschijnlijke losse onderdelen een stevig geheel vormen en zo goed de essentie van een dier uitdrukken.
Gareth Nash (Verenigd Koninkrijk), woont en werkt in Wales. Hij groeide op in Wales tussen de paarden. Toen hij de paarden uit de Tangdynastie ontdekte betekende dat het begin van een fascinatie die hem niet meer los heeft gelaten. Deze keramische beelden, gemaakt tussen 618-900 in China, werden geplaatst in graven van rijke personen als bescherming in het hiernamaals. Ze waren vaak heel groot en meerkleurig geglazuurd. Gareth Nash ontwikkelde tijdens zijn opleiding en zijn loopbaan als kunstenaar vaardigheden met klei en glazuur waarmee hij de Tang paarden kan benaderen. Uiteindelijk heeft hij er zijn eigen variant soms met als toevoeging wonderlijke ruiters.
Catherine Chaillou (1959) is afkomstig uit Frankrijk. Ze werkt als enige met de raku techniek. Eigenlijk een vrij ‘grove’ techniek met de robuuste craquelé structuur, toch lijkt haar werk haast levensecht. Ze weet het karakter van de dieren heel goed in de klei te vangen. Ze plaatst haar dieren op een vorm als sokkel, soms sober, soms bezet met barokke patronen hierdoor krijgt het geheel een decoratief karakter, ze geeft er haar eigen draai aan en hiermee gaat haar werk verder dan beestjes namaken.
Ross de Wayne Campbell (1964) zorgt dat je echt de kriebels krijgt. Hij is geboren in Las Vegas en studeerde beeldhouwen aan het Art Institute San Francisco. Na zijn afstuderen in 1992 volgde hij een gaststudie in Braunschweig, Duitsland. Hierdoor woont en werkt hij nu nog altijd in Duitsland, in Berlijn. Hij zoomt met zijn werk letterlijk in op de insectenwereld. Kevers, libellen, vliegen soms 40 keer uitvergroot in keramiek. Dan mag je hopen dat die niet tot leven komen! Hij heeft ze zekerheidshalve gezet in houten lijstjes, waardoor je het idee krijgt van opgeprikte insecten. De oorspronkelijke techniek was raku, nu heeft hij een variant ontwikkeld die een vergelijkbare uitstraling heeft en beter is voor zijn buren in het dichtbevolkte Berlijn. Zijn glazuren laten de schilden minstens net zo mooi glanzen als bij de kevertjes die model stonden.
Beate Reinheimer (1943) is geboren in Essen. Na haar studie textiel aan de Folkwangschule gaat ze in 1972 keramiek studeren aan de Rietveld academie in Amsterdam, waar ze later ook als docente weer aan verbonden zal zijn. Zij specialiseert zich in gebruikskeramiek en is hiermee een bijzondere aanvulling in de expositie. Schedeltjes, stukken gewei, botten, boomschors en dennenappels vormen de elementen waaruit zij haar serviezen samenstelt. Eerst heeft ze van de losse onderdelen mallen gemaakt en met de porseleinen reproducties heeft ze haar werk vervolgens opgebouwd. Haar serviezen, kandelaars en sieraden zijn op het dierlijke geïnspireerd en verwijzen in de meest letterlijke zin naar de titel “Wild Things”.
De opening van deze expositie is op vrijdag 12 mei om 16.00 uur. De inleiding bij de expositie zal verzorgd worden door conservator Sacha Odenhoven.